In deze tentoonstelling ontsluit Tinus Vermeersch (°1976, Kortrijk) zijn eigen surreële universum in tekeningen, schilderijen, beeldhouwwerken en keramiek. In dit universum vinden we veelal sporen van menselijke aanwezigheid, toch wordt het gekenmerkt door een gevoel van beslotenheid.
Zowel de materialen die Tinus Vermeersch gebruikt, als zijn beeldtaal, herinneren ons aan verloren tijden. Zijn techniek doet denken aan de schilderijen en tekeningen van Jheronimus Bosch en Pieter Bruegel. De figuren in zijn werk vinden hun oorsprong in de antropologie, in oude animistische en sjamanistische tradities van natuurvolken. Tinus Vermeersch noemt deze figuren ook wel 'Tegumen', wat in het Latijn zoveel als ‘bedekking’ of ‘bescherming’ betekent.
Tinus Vermeersch onderscheidt zich van veel hedendaagse kunstenaars door zijn affiniteit voor de ambachtelijkheid die gepaard gaat met de traditionele media waarmee hij te werk gaat. De honderden keramieken tegels die te zien zijn in de tentoonstelling werden stuk voor stuk met de hand getekend. Het produceren van deze uitgebreide verzameling van unieke tegels is haast monnikenwerk.
Ook in het werk van de Mexicaanse kunstenaar Santiago Borja (°1970, Mexico-Stad) vinden we deze affiniteit voor ambacht. Borja verwijst in zijn werk naar de traditionele Saltillo serapes uit het Noorden van Mexico, moderne patronen die verwijzen naar het Bauhaus en motieven die verwijzen naar merklappen. De ideeën rond het totemisme die door Claude Lévi-Strauss besproken worden in het werk 'La Pensée Sauvage' (1962), vormen een rode draad doorheen het oeuvre van Borja.
Borja reflecteert tevens over het nomadische bestaan van de hedendaagse kunstenaar en de rol van het familiale leven in deze context.
Beide kunstenaars hebben voor deze tentoonstelling in de Paardenstallen (Korte Kapucijnenstraat z/n) en in de Broelkaai 6 in Kortrijk nieuw werk geproduceerd.
Paardenstallen
(Kortrijk)
Korte Kapucijnenstraat
8500 Kortrijk